Wintertijd, zomertijd, gaat de klok nou voor- of achteruit?
Gelukkig daar is een
ezelsbruggetje voor:
Met "spring" en "fall" kun je onthouden welke kant de klok op moet gaan ivm de zomer- en winterstand. In het voorjaar "springt" de klok een uur vooruit en in het najaar "valt" de klok een uur achteruit
dus dat we goon een uur extra kunnen slapen.
Zeg dat dan.
Reacties op gaap
peet
26/10/2002 | 22:54 uur oh, is dat een makkelijke?
in het jeugdjournaal tipte men vanavond: vóórjaar = vóóruit (die kan ik tot nu onthouden dus vast ook nog wel een paar maanden langer:-))
Ton
27/10/2002 | 02:35 uur Ah, vandaar dat ik nog wakker ben.
Thea
27/10/2002 | 07:35 uur Jamaar peet, bij najaar (nájaar) kan dat weer niet (náuit?). Of kun je wél onthouden dat als het ene vóóruit is, dat het andere dan áchteruit moet zijn?
PimP
27/10/2002 | 11:16 uur Jammer dat Peter Heerschop het ons niet meer uitlegt.