Op de middelbare school werd mij geleerd dat bovenstaande zin de beginregel is van het oudst bekende Nederlandstalige gedicht. Wildschut, de cynische en daarom zeer geestige docent Nederlands die ons moest voorbereiden op het eindexamen, probeerde tussen verplichte grammatica en literatuur zijn liefde voor Het Gedicht op ons over te brengen. Bij mij is dat helaas jammerlijk mislukt.
Hoewel ik zeer kan genieten van sommige prachtige woorden die de Nederlandse taal heeft voortgebracht en ik soms ook vol bewondering kan zijn voor sommige schrijvers die met die woorden zinnen kunnen vormen waar ik zelf nooit opgekomen zou zijn, heb ik eigenlijk niks met gedichten. Wat eigenlijk wel vreemd is, gezien mijn voorkeur voor teksten boven muziek.
Ik hou van simpel doch doeltreffend taalgebruik. Ik vind het fijn als ik vrijwel meteen begrijp wat iemand heeft opgeschreven, zonder dat ik het moet herlezen. Ik hou ervan als de bedoeling van een tekst meteen tot me doordringt. Dat betekent voor mij namelijk dat het een goede tekst is. Helder & duidelijk geformuleerd. Noem het gemakzucht, noem bevooroordeeld maar ik heb de indruk dat het bij de meeste gedichten de bedoeling is dat je langer nadenkt over wat de schrijver wil overbrengen. Dit in tegenstelling tot een liedtekst, waarbij naar mijn smaak de inhoud meteen duidelijk moet zijn anders is het liedje voorbij.
Begrijp me niet verkeerd, een dubbele laag kan ik heus wel waarderen, en het is alleen maar leuk als een tekst in tweede instantie of zelfs derde instantie ook nog een andere betekenis heeft. Maar ik wil niet eerst een half uur naar mooi gevormde zinnen kijken en pas na een half uur de inhoud ervan begrijpen. Daar heb ik goon het geduld niet voor. Inhoud gaat voor mij boven opmaak.
Waarom ineens dit onderwerp? Ik kwam in de Rails (uweetwel de maandelijkse vernieuwde rots in de lectuurbranding bij vertragingen, onverklaarbare stops in weilanden en ander NS-ongemak, hoort in trein niet in tas) een artikel tegen over de boekenweek. Sterker nog ik geloof dat het hele maartnummer in teken staat van het boekenweekthema; de liefde en dan is die ene eerdergoenoemde beroemde zin het speerpunt. De boekenweeksite verwoordt het zelfs zo; 'Zijn alle vogels met hun nest begonnen, behalve ik en jij, waar wachten we nog op? Of zoals K. Schippers het vorig jaar in NRC Handelsblad verwoordde 'Iedereen doet het met iedereen, behalve ik en jij, komt er nog wat van??
Het artikel in rails repte nog van iets anders; een soort van ?unieke actie? in het kader van De Liefde. Op de site KomLiefste.com zijn 500 gedichten van Nederlandse schrijvers te lezen. UIt die gedichten kan je je eigen 10 favorieten bijelkaar zoeken en deze laten bundelen. Voor maar 7 euro 50. Leuk kado-idee. Hadden ze zo rond valentijn ook leuke zaken mee unnen doen, gok ik. Maar aan mij, als gedichtbarbaar verder niet besteedt, dacht ik nog. Toch heb ik me nog wel even vermaakt met het ronstruinen op die site. Buiten de korte humoristische gedichtjes van Jules Deelder en wat andere woordspelinkjes wilde ik, buitengwoon ingenomen dat ik m?n eigen vooroordeel bevestigd zag, me al weer wenden tot ander doelloos surfgedrag.
Tot ik het volgende gedicht van Ingmar heytze tegenkwam. En dat gedicht, dat begreep ik meteen. Zonder drie keer overlezen, zonder erbij na te denken. Toen herinnerde ik me dat hetzelfde gedicht ook in Rails stond, ik had het wel zien staan, maar niet echt gelezen. En daarom...vooruitlopend op de lente en de boekenweek...geniet u even mee?
voor de liefste onbekende
Wie van ons twee heeft de ander bedacht?
Paul Eluard
Wat ben ik blij dat ik je nog niet ken
Ik dank de sterren en de maan
dat iedereen die komt en gaat
de diepste sporen achterlaat, behalve jij,
dat jij mijn deuren, dicht of open,
steeds voorbijgelopen bent
Het is maar goed dat je me niet herkent.
Kussen onder straatlantaarns
en samen dwalen door de regen,
weer verliefd zijn, weer verliezen,
bijna sterven van verdriet -
dat hoeft nu allemaal nog niet
Ik ben nog niet aan ons gehecht.
Ik kijk niet bepaald naar je uit.
Neem de tijd, als je dat wilt.
wacht een maand, een jaar,
de eeuwigheid en een seconde meer -
maar kom, voor ik mijn ogen sluit.